home    about    browse    search    latest    help 
Login | Create Account

Zelfmedicatie door varkens in de biologische veehouderij: Deskstudie naar een nieuw concept voor diergezondheidszorg. Ideeën voor praktijk en onderzoek

Bestman, Monique; Cuijpers, Willemijn and Baars, Ton (2003) Zelfmedicatie door varkens in de biologische veehouderij: Deskstudie naar een nieuw concept voor diergezondheidszorg. Ideeën voor praktijk en onderzoek. [Self-medication by pigs in organic livestock farming.] Louis Bolk Instituut Publications, no. LV50. Louis Bolk Instituut and Agro Eco Consultancy , Livestock production.

[thumbnail of lv50.pdf] PDF - English
83kB

Document available online at: http://www.louisbolk.nl/downloads/lv50.pdf


Summary

In de biologische veehouderij is behoefte aan een minder 'chemische' en meer 'natuurlijke' benadering van ziekten. Wanneer gekozen moet worden voor een complementaire geneeswijze, wordt die keus bemoeilijkt door het grote scala aan geneeswijzen, allemaal met bijpassend gedachtegoed. Eén uitgangspunt voor het kiezen van een geneeswijze kan zijn hoe wilde dieren met ziekte en gezondheid omgaan. Er zijn talloze voorbeelden gedocumenteerd hoe wilde dieren met ziekten omgaan, bijvoorbeeld door het eten van geneeskrachtige planten of andere medicinale grondstoffen. Dit principe wordt zelfmedicatie genoemd, waarvan zowel preventieve als curatieve voorbeelden bekend zijn. Fytotherapie is een geneeswijze die gebaseerd is op geneeskrachtige planten en zou, gecombineerd met het principe van zelfmedicatie, toegepast kunnen worden in de diergezondheidszorg in de biologische veehouderij. Een voordeel van zelfmedicatie kan zijn, dat dieren die zich al wel onwel voelen, maar wat voor de veehouder (nog) niet zichtbaar is, zichzelf kunnen bedienen en misschien kunnen verhinderen dat aandoeningen klinisch worden.
Doel van dit onderzoek is het kunnen doen van aanbevelingen voor onderzoek naar een diergezondheidszorg, gebaseerd op zelfmedicatie door varkens en fytotherapie. De informatie is verzameld aan de hand van literatuuronderzoek en het raadplegen van enkele deskundigen op het gebied van dierecologie en het beheer van grote grazers in natuurterreinen.
Wilde dieren eten geneeskrachtige planten, botten, mineralen, zouten en schone klei om gezond te blijven en te worden. Uit een groot aantal waarnemingen aan uiteenlopende diersoorten is bekend geworden dat zelfmedicatie door wilde dieren een algemeen voorkomende strategie is om gezond te blijven. Fundamentele verschillen tussen wilde dieren en (biologische) landbouwhuisdieren zijn dat wilde dieren op een veel grotere oppervlakte leven, waardoor de infectiedruk lager blijft, alsook in een veel rijkere omgeving leven, waar tal van geneeskrachtige planten en andere grondstoffen beschikbaar zijn. Bovendien leven ze langer en in een rijker sociaal milieu, waardoor dieren kunnen leren van (oudere) soortgenoten. Het ziet ernaar uit dat, voor toepassing in de varkenshouderij, de mogelijkheden voor zelfmedicatie het grootst zijn in min of meer stabiele groepen met weidegang, zoals geldt voor dragende zeugen.
Er is gekeken naar aanwijzingen voor zelfmedicatie bij wilde zwijnen, verwilderde varkens en grote grazers in natuurterreinen. Tot het dieet van zwijnen en verwilderde varkens behoren weliswaar planten die ook als geneesplanten gebruikt worden, maar de scheidslijn tussen het eten van planten als onderdeel van het normale dieet of vanwege specifieke eigenschappen, is onduidelijk. De vage grens tussen voedings- en geneesmiddel is juist een kenmerk van zelfmedicatie, zeker als het om preventie gaat. Van grote grazers (paarden en runderen) in natuurterreinen is iets meer bekend, omdat aan deze min of meer tamme dieren makkelijker waarnemingen gedaan kunnen worden. In de bijlage is een overzicht gemaakt van planten die op het menu van zwijnen, verwilderde varkens en grote grazers staan en waarvan medicinale eigenschappen bekend zijn. Deze planten horen overigens niet jaarrond tot het menu en van sommige soorten worden alleen bepaalde delen in bepaalde seizoenen gegeten.
Fytotherapie is het gebruik van medicinale planten of plantendelen voor het bevorderen of herstellen van de gezondheid. Het wordt zowel binnen het complementaire als het gangbare geneeskundecircuit toegepast. In de complementaire geneeskunde wordt overigens meer gebruik gemaakt van de hele plant, dat wil zeggen inclusief geneesmiddel en secundaire stoffen in tegenstelling tot enkel de gezuiverde stof. Het ziet ernaar uit dat de fytotherapie een waardevolle bijdrage kan leveren aan de diergezondheidszorg in de biologische veehouderij, maar het staat nog wel in de kinderschoenen. Met name in combinatie met het principe van zelfmedicatie, dat wel het meest aansluit bij het natuurlijke gedrag, is het pionieren. Tenslotte worden enkele aanbevelingen gedaan voor toekomstige onderzoeksthema's en creatieve toepassingen in de veehouderijpraktijk.
De diergezondheid in de biologische varkenshouderij is over het algemeen goed. Vervolgonderzoek zou zich kunnen richten op endoparasieten en algemene weerstand.


Summary translation

There is a need in organic livestock farming for a less ‘chemical’ and more ‘natural’ approach to disease. When selecting a complementary medicine or therapy the choice is complicated by the broad range of therapies available, all with their own body of ideas. If we look at how wild animals deal with sickness and health we can use this as a starting point for choosing a therapy. There are countless documented examples of how wild animals deal with sickness and health, for example by eating therapeutic plants or other medicinal raw materials. This principle is called self-medication and both preventive and therapeutic examples are known. Phytotherapy is a therapy based on therapeutic plants which, combined with the principle of self-medication, could be applied in animal health in organic livestock farming. An advantage of self-medication can be that animals that feel unwell can help themselves and perhaps prevent the disorder from becoming clinical, while it is still not visible to the farmer.
The aim of this study is to be able to make recommendations for research into a type of animal health care based on self-medication by pigs and phytotherapy. The information is collected by studying specialist literature and consulting experts in the field of animal ecology and the management of large grazers in nature reserves.
Wild animals eat therapeutic plants, bones, minerals, salts and pure clay to stay well or to get well. We know from a large number of observations that self-medication by wild animals is a common strategy for maintaining health. Wild animals differ fundamentally from (organic) farm animals in that they range over a far greater area so that infection pressure stays lower, and they also live in a far richer environment, where numerous therapeutic plants and other raw materials are available. Furthermore, they live longer and in a richer social environment, so that they are able to learn from (older) animals of the same species. It looks as though, for use in pig farming, the opportunities for self-medication are greatest in more or less stable groups with pasturing, as is the case for pregnant sows.
We looked at evidence of self-medication in wild pigs and large grazers in nature reserves. The diet of boars and pigs which have run wild does include plants which can also be used medicinally, but the dividing line between eating plants as part of the normal diet and eating them because of their specific properties is unclear. The blurred line between nutrition and medicine is characteristic of self-medication, particularly where prevention is concerned. We know a little more about large grazers (horses and cattle) in nature reserves, because it is easier to make observations of these relatively tame animals. The annex contains a list of plants known to have medicinal properties which are eaten by boars, wild pigs and large grazers. They are not however eaten all year round, and only certain parts of certain species are eaten in particular seasons.
Phytotherapy is the use of medicinal plants or parts of plants to promote or restore health. It is used in both complementary and conventional medicine. In complementary medicine it is more common to use the whole plant, including the drug and the secondary substances, rather than just the purified substance. It looks as though phytotherapy can make a valuable contribution to health care in organic livestock farming, but it is as yet in its infancy. When combined with the principle of self-medication, which is most in keeping with natural behaviour, it is pioneering. Finally we make some recommendations for future research topics and creative applications in livestock farming practice.
The health of organically farmed pigs is generally good. Follow-up research could address endoparasties and general resistance.

EPrint Type:Report
Subjects: Animal husbandry > Health and welfare
Animal husbandry > Production systems > Pigs
Research affiliation: Netherlands > Other organizations
Netherlands > Louis Bolk Institute
Related Links:http://www.louisbolk.nl/e/projects/livestock/biovar/index.htm, http://www.louisbolk.nl/projecten/vee/biovar/index.htm
Deposited By: Steinbuch, Luc
ID Code:1407
Deposited On:02 Oct 2003
Last Modified:12 Apr 2010 07:28
Document Language:Dutch/Nederlands
Status:Published
Refereed:Not peer-reviewed

Repository Staff Only: item control page

Downloads

Downloads per month over past year

View more statistics